Found 50 synonyms in 11 groups
  1. 1
    Meaning: uiten
    opperen slaken uitdrukken uitspreken zeggen spreken
  1. 2
    Meaning: reppen
    aanroeren gewag maken spreken
  2. 3
    Meaning: pleiten
    verdedigen spreken
  3. 4
    Meaning: zeggen
    meedelen opmerken uitspreken verklaren
    verkondigen vermelden vertellen spreken
  4. 5
    Meaning: praten
    babbelen kletsen kouten kwebbelen spreken
  1. 6
    Meaning: onderhouden
    onderhouden spreken
  2. 7
    Meaning: opperen
    slaken spreken uitdrukken
    uitspreken zeggen uiten
  3. 8
    Meaning: meedelen
    opmerken spreken uitspreken verklaren
    verkondigen vermelden vertellen zeggen
  4. 9
    Meaning: spreken
    spreken onderhouden
  5. 10
    Meaning: babbelen
    kletsen kouten kwebbelen spreken praten
  6. 11
    Meaning: aanroeren
    gewag maken spreken reppen

spreken synonyms - Dutch related words for spreken

Synonyms before and after spreken

  • spraakkunst
  • spraakvermogen
  • spraakzaam
  • sprakeloos
  • sprankelen
  • sprankje
  • spreekwijze
  • spreekwoord
  • sprei
  • spreiding
  • spreken
  • spreken over
  • sprekend
  • spreuk
  • spriet
  • sprietig
  • springbron
  • springen
  • springschans
  • springveer
  • sprinten